Het wel en wee van Kees van Bree

29 juli 2017 - Lima, Peru

Als je ergens komt en je boekt voor 1 nacht, en vervolgens check je na 5 weken pas uit, dan weet je in ieder geval dat je een vette periode hebt gehad. Santa Cruz een stad waar ik graag nog eens terugkom. In zo’n periode ben je ook niet echt een reiziger meer, maar gewoon onderdeel van de inwoners. Coördineren in de stad gaat je gemakkelijk af, je weet de goede plekken om te eten, te chillen en uit te gaan. Mensen leren jou ook kennen, niet alleen de mensen in het hostel maar ook volstrekt vreemden die praten over 3 gasten (een Argentijn (Argentina), een Zweed (Suecia) en een Hollander (Holanda)) die regelmatig gezien worden in de stad. Dit is wel apart want de stad heeft iets van 1,5 miljoen inwoners. In deze periode heb ik veel mensen leren kennen. Het was dan ook raar om hier afscheid te nemen en weer door te reizen. Wel fijn dat ik dit samen kon doen met Julian (Argentina), een Argentijn waar ik ongeveer iedere dag mee ben opgeschoten. Hij is een freelance journalist die een stuk aan het schrijven is over Che Guevara, laatstgenoemde vond zijn dood in Santa Cruz. Voor Julian is Bolivia een uitermate geschikte plaats om met mensen in contact te komen die hem van inside informatie kunnen voorzien. Met hem reis ik naar de volgende bestemming; Cochabamba. Hier hebben we 3 dagen doorgebracht. Leuke en rustige stad. Hier hebben we de Cristo de la Concordia beklommen, een berg met aan de top het een na grootste Christusbeeld in de wereld. Het meest bekende Christusbeeld in Rio de Janeiro is overigens het op twee na grootste. Nu zal je wellicht denken; waar staat de grootste dan? Die staat in Polen. Zuid-Amerika is overigens voor 80% rooms-katholiek, 8% is protestant, 12% is atheïst of hangt een ander geloof aan. Kerken en kathedralen vindt je hier overal, en in tegenstelling tot in Nederland/Europa zitten deze tijdens missen ook bomvol. In korte periode heb ik dan ook al veel schade ingehaald m.b.t. het bezoeken van kerken. Enfin na een paar leuke dagen Cochabamba reisden we door naar mijn ‘favoriete’ stad; La Paz. Ik was hier dus al eerder geweest en ben in die dagen compleet opgezogen door de chaos. Echter deze keer kreeg ik een heel ander beeld van deze stad. Ten eerste verbleven we in een ander deel van de stad en het hostel lag nu in een zeer rustige straat. Omdat ik de meeste activiteiten al had gedaan hebben we de tijd voornamelijk gebruikt om te joggen, te eten en wat werk gerelateerde dingen te regelen voor Julian. In deze dagen meer het besef gekregen wat voor unieke stad dit eigenlijk is. Gewoon bijna 4km hoog in de bergen. Loop je door de stad en dan zie je witte bergtoppen in de verte. Nadeel is dat het rond deze tijd van het jaar vrij koud is. We besluiten dan ook naar Isla del sol te gaan dat is gelegen in het Titicaca meer. Mythen vertellen dat hier de zon is geboren. We willen hier 1 volle dag doorbrengen. De bedoeling is dat ik daarna doorreis naar Peru. Julian wil dezelfde dag nog terug naar La Paz omdat hij wat belangrijke papieren mist en Peru niet kan betreden. De dag verloopt uiteindelijk heel anders dan gepland. We pakken de bus van 8 uur in de ochtend en reizen vervolgens in 3 uur naar Copacabana (het toegangsdorpje tot Isla del Sol). Bijna hier aangekomen moeten we eerst een deel van het meer oversteken per boot. Als we van de boot stappen staat een medewerker van de douane ons op te wachten om van iedereen het paspoort te checken. Zonder aarzeling geef ik de mijne maar al snel blijkt er iets niet in orde te zijn. Na wat onduidelijkheid zegt de douanier dat mijn visa is verlopen. Ik zeg dat dit haast onmogelijk is omdat ik 90 dagen in Bolivia mag blijven. Dit klopt ook, maar bij binnenkomst hebben ze mij een stempel van 30 dagen gegeven die je vervolgens 2x kunt verlengen tot 90 dagen. Vreemd dat ze dit niet gelijk doen zoals in de andere landen waar ik al was. Niet erg logisch en omslachtig, maar wel een slimme manier om wat geld binnen te harken natuurlijk. Ik zat iets van 26 dagen te lang in Bolivia, elke dag te lang betaal je ongeveer $4usd. Dus ik zat nu precies om een mooi rond getal van $100usd. Voordat ik bereid was om dit te betalen zijn er heel wat discussies en telefoontjes naar o.a. het Nederlands consulaat gegaan. Ik was ook erg blij dat Julian er nog was die gemakkelijk in het Spaans kon overleggen. Uiteindelijk een aantal uur op het eiland gespendeerd met als uitkomst aftikken en weg vervolgen. Wel moest ik zo snel mogelijk een extra stempel halen, want de kosten zouden gewoon doorlopen zonder dit. Daarop besloten samen met Julian terug te gaan naar La Paz. De dag was toch al verloren en ik had behoefte om dit even in alle rust te regelen. Tijdens de terugrit mijn Spaans nog bijgespijkerd met een wat oudere Boliviaanse man. Die was oprecht geïnteresseerd in Nederland; “muchas vacas y leche” (koeien en melk) zei hij. Ook was hij geïnteresseerd in typische Nederlandse muziek. Voor dit soort situaties heb ik altijd Gunz4hire – Bolivia bij de hand. Niet het eerste nummer waar je dan aan denkt, maar ik zeul nu eenmaal dat soort muziek mee. Enfin die man mijn oortjes in… en van dat soort momenten kan ik dan genieten hè. ‘Raw I’ma give it to ya… We like cocaine straight from Bolivia!’ Hij kon er nog van genieten ook zei hij, al betwijfel ik of hij de tekst verstond. Ik heb dat nummer (+bijbehorend filmpje op Heusden kermis) al meerdere malen laten zien hier in Bolivia. De meeste reageren met open mond haha. “Do people see us like that?” Maargoed, volgende dag in La Paz een stempel laten zetten. Kon ik weer een week vooruit voordat ik opnieuw zou moeten terugkomen voor een nieuwe *zucht*. Die avond lopen we heel toevallig Chen tegen het lijf die ook een tijdje in het hostel in Santa Cruz verbleef. Hij is met een aantal vrienden en ze zijn net op weg naar een Chinees restaurant. Hij nodigt ons uit om aan te schuiven. En dat hebben we geweten ook, het eten bleef maar komen. Chen was zeer gastvrij, zo gastvrij dat we de volgende dag mochten aanschuiven voor ronde 2. Dit was tevens ook de laatste avond samen met Julian. Hij vertrok die avond weer naar Cochabamba. Ik zou de volgende dag een nieuwe poging wagen naar Isla del Sol. Om heel eerlijk te zijn was het even wennen om er weer alleen voor te staan. Ook begon ik me sterk af te vragen welke plaatsen ik nu nog wilde bezoeken. Uiteindelijk een nacht en een dag op Isla del Sol verbleven. Het is niet meer dan een eiland in het titicaca meer. Wel met een schitterend uitzicht. Zeer mooie plaatjes kunnen schieten hier. En ohja… ook enorm veel ‘donkey shit’. Er zijn geen auto’s op dit heuvelachtige eiland waardoor alles per ezel wordt gedaan, het primaire vervoermiddel van de plaatselijke bevolking. Ging het die nacht ook nog eens regenen, werd een flinke braszooi de dag daarna. Isla del Sol bleek uiteindelijk een eiland dat je goed in 1 dag kon zien, mede doordat er een groot deel was afgesloten voor toeristen. Tegen de avond een bus naar Puno (Peru) gepakt. Daar is niet gek veel te doen, op het bezoeken van andere eilanden na dan. Maar daar had ik nu geen behoefte meer aan. Jammer genoeg ben ik hier wel een aantal dagen gebleven omdat ik ziek werd. Dit bleef mij gelukkig bespaart tot krap 2 dagen. Wel nog een nepper dan nep PSV shirtje gespot in een winkeltje, deed me dan weer even aan thuis denken. Toen ik me weer fit genoeg voelde ben ik naar de tweede grootste stad van Peru gereisd; Arequipa. Zeer leuke stad met een schitterende kathedraal op het centrale plein. Ik verbleef in een nogal vervallen hostel met een erg vriendelijke eigenaar van 72 jaar oud. Kon ik mijn Spaans weer wat opkrikken. Ik ben vervolgens een middag gaan raften op de Rio Chili. Dit was leuk maar de adrenaline kwam niet erg los. Het was ook voorbij voordat ik er erg in had. Die nacht om 3 uur opgestaan om naar de Colca Canyon te gaan. Hoogtepunt hier is het zien van condors. Dit zijn roofvogels met een strekwijdte van 2 tot 3 meter. Die gaan op een bepaalde tijd op zoek naar eten, vandaar de onmogelijke tijd van 3am. Uiteindelijk heb ik er een paar over zien vliegen. Colca Canyon is erg mooi, maar het deed mij ook beseffen dat ik nu wel weer wat anders wilde zien dan bergen. Wat wel erg relaxed was waren de vulkanisch verwarmde baden. Kon ik toch al voor de tweede keer m’n zwembroek van stal halen. Dagje daarna nog met een Nederlands meisje opgetrokken die werkte in Arequipa. Was voor beide fijn om weer even in het Nederlands te buurten. Uiteindelijk ben ik iets van 5 dagen in Arequipa gebleven. Iets langer dan op voorhand gedacht, had mede ook te maken omdat ik als een malle aan het peinzen was of ik misschien terug zou gaan naar Bolivia. De mensen en de leuke tijd daar kon ik niet zo goed achter mij laten. Terugkeren zou wel betekenen dat ik mijn vlucht in Colombia zou moeten verzetten, omdat ik dan zeer waarschijnlijk in tijdnood zou komen. Dit gaf voor nu even teveel rompslomp omdat ik heel moeilijk contact kon leggen met de vliegmaatschappij (iets met een volle dag uitrekken om mij aan te sluiten op het telefonisch netwerk van Peru). En wijzigingen kunnen alleen telefonisch doorgegeven worden. Het gevoel van terugkeren vervaagde echter na een kleine 2 weken. Ik maakte een planning; Machu Picchu en daarna Amazone. Vamos! Om 20:30u de nachtbus naar uitvalbasis Cusco. De reis begon goed maar vroeg in de ochtend kwamen we stil te staan. Net als de andere reizigers sliepen we gewoon verder. Echter toen ik na een aantal uur mijn ogen weer openden merkte ik dat we nauwelijks iets waren opgeschoten. Toen ik de bus vervolgens uitstapte zag ik een lange rij verkeer stilstaan. Bij navraag bleek dat toegangswegen naar Cusco waren geblokkeerd door stakende leraren. Ik rekende even terug en bleek dat we al ruim 7 uur stil stonden. Nadat we daarna een kilometer verder reden kwamen we weer tot stilstand. We zaten midden in een staking. Overal op de weg lagen grote stenen en boomstronken. We zouden moeten wachten tot de stakers de weg weer zouden vrijgeven. Je begint je dan af te vragen; heb ik genoeg water en voedsel bij? Je weet immers niet hoelang dit kan duren. Gelukkig zag een local een nieuwe business opbloeien door met een karretje met drank langs de bussen te gaan. Eigenlijk zouden we om 7 uur s’morgens moeten arriveren, dit werd uiteindelijk 5 uur in de middag. Aangekomen in het hostel zegt eigenaar Dan dat het beter is niets te plannen omdat de staking nog niet over is. De volgende dag neem ik dan ook de tijd het centrum van Cusco te verkennen. Hier merk je direct dat het toerisme-gehalte erg hoog is. Iedereen probeert je iets te verkopen op straat. En als het geen armband of zonnebril is dan is het wel drugs. “Hey amigo wanna buy some weed?” Soms word ik hier zo simpel van dat ik naar zo’n gast loop en dan net iets te hard zeg “So you want to sell me drugs?” Is het mee afgelopen. Daarnaast draait hier vrijwel alles om Machu Picchu natuurlijk. De door de Spanjaarden niet ontdekte Inca stad. Heb lang getwijfeld om deze te bezoeken, mede doordat het zo toeristisch en prijzig is. Absurde prijzen vliegen je om de oren. Vanuit het hostel wordt ook een 2 daagse tour geregeld voor de prijs van €100,- dit is inclusief. Geen slechte prijs en ik besluit het erop te wagen. Het wordt uiteindelijk een ervaring om niet snel te vergeten... Het begint de volgende ochtend wanneer een dude (een half uur te laat) haastig het hostel binnen stormt; “Kornielioes?” Regelmatig geef ik mijn paspoort naam door om op safe te spelen, ook bij Machu Picchu gaat het er allemaal officieel aan toe mbt ticket verwerving. “Vamos, vamos!” “Ja, jij bent te laat” zeg ik in het Nederlands. Nogmaals “Vamosss!” Gast! Hij begeleidt me naar een busje waar ik moet plaatsnemen langs de chauffeur met mijn benen tegen de radio gedrukt. Kut denk ik, want de rit naar Hydroelektrica (de plaats waar de busjes je afzetten) is iets van 7 uur. Tot overmaat van ramp stapt er na 100m nog iemand in die naast mij moet plaatsnemen. Het is Simon, een Belg. “Spanish?” zegt ie. “No Holandés” zeg ik. “Oh jij leek me meer een Spanjaard” zegt ie. Mss door mijn kleurtje maar heb al veel mogelijke nationaliteiten voorbij horen komen. Was voor ons beide weer even omschakelen naar het Nederlands. Hij bleek 6-talig te zijn. Heerlijk lijkt me dat, maar het kost enorm veel tijd en energie om dat onder de knie te krijgen. Ik heb nu al mijn handen vol aan het Spaans. Enfin we reden met een stuk of 10 toeristenbusjes naar Hydroelektrica. Na ongeveer 4 uur draaide we een plots een rotsachtig zandpad in. De komende 3 uur zouden de meest hachelijke tot nu toe worden. De route ging eerst helemaal omhoog en vervolgens over de top van de berg weer omlaag. De weg was totaal niet geschikt voor deze busjes. Helingtrekken, scherpe U-bochten en veel stof. Het deed me een beetje denken aan de deathroad maar dan met een busje. Soms keek ik even naar Simon zo van “Ja, en nou?”. Gelukkig leek de chauffeur alles onder controle te hebben. Om half 4 komen we redelijk verstijfd aan in Hydroelektrica. Dit is niets meer dan het begin van een treinrails omgeven door wat kraampjes. De trein die hier vertrekt brengt je in 20 minuten naar Aguas Calientes, het dorp dat tegen Machu Picchu ligt. Het bizarre is dat een treinkaartje over de $100usd kost. Het merendeel van de reizigers besluit dan ook om wandelend langs het spoor naar AC te geraken. Zo ook ik en Simon. De wandeling duurt 2,5 uur en de ondergrond is niet altijd even fijn. Het is wel een erg mooie route, een beetje een mix tussen Andesgebergte en jungle. Als het donker begint te worden komen we aan in Aguas Caliente. Ik kom er nu achter dat ik niet eens weet in welk hotel ik slaap, omdat dit ontbreekt op mijn ticket. Op goed geluk lopen we naar het centrale plein, daar staan vervolgens een stuk of 20 man random namen te schreeuwen van mensen die onderdeel zijn van hun tourorganisatie. Vanaf dat moment ben ik getuige van een vrij chaotische organisatie. Na 20 minuten namen roepen en op en neer lopen geeft de gids mij de adresgegevens van het hotel. Een vrij basis kamer met een irritante druppelende douchekop in de badkamer. Na een tevens beperkte maaltijd in een restaurant, vragen pakweg 50 mensen zich af wat de nu eigenlijk de bedoeling is voor de volgende dag. De gids (die uiteindelijk alleen verantwoordelijk is voor deze groep) besluit dan maar een speech te geven midden in het restaurant. Uitkomst is dat we pas om 09:00 uur Machu Picchu in kunnen samen met hem. Dat is apart want elke toerist staat normaal gesproken al om 06:00 uur aan de poort om het geheel nog te zien zonder al het massatoerisme. Een deel besluit dan ook vroeg te gaan en een deel (zoals ik) om 09:00 uur. Feit is dat je na het bezoek aan Machu Picchu ook weer het hele eind terug moet lopen naar de busjes, en als je nog wat tijd wilt uittrekken voor de bezichtiging dan is 09:00 uur een redelijk laat tijdstip om binnen te komen. In dit geval volg ik maar even de woorden van de gids. Nadat hij s’avonds laat midden op straat de tickets en nog wat paspoorten (die hij blijkbaar nog van een aantal mensen had) uitdeelt, lijken de meeste hun bed op te zoeken. De gids besluit met de mededeling dat hij regelt dat de busjes terug naar Cusco een uur later vertrekken zodat we wat langer te tijd hebben in Machu Picchu. De volgende ochtend een droog broodje kaas, een fruitdrankje en een koek in mijn handen geduwd (ontbijt inbegrepen zeggen ze dan). “Can I put some jam on the sandwich?” Ehmm that’s 3 soles (1 euro). Dikke lul en ik verlaat het hotel. Op straat staat vervolgens een rij van enkele honderden meters met mensen die met de bus naar boven gebracht willen worden. Ook hier betaal je weer vrij veel voor. Ik heb geen zin om te wachten dus ik besluit naar boven te lopen, geen toerist te bekennen. Na een klein uurtje kom ik al redelijk uitgeput aan bij de ingang. Gelukkig is de gids er ook, druk organiserend natuurlijk. Ook zie ik de Duitse jongen die ik de dag ervoor heb leren kennen, en die besloot om zo vroeg mogelijk naar boven te gaan. Hij kon echter niet binnen omdat er op zijn kaartje vanaf 09:00 uur stond. Ook weer krom omdat de mijne vanaf 06:00 uur aangaf. We vragen wanneer we naar binnen kunnen, de gids zegt dat de Engelse gids er nog niet is en dat we moeten wachten of anders met een Spaanse gids naar binnen moeten. Haha langer wachten zit er echt niet in, dus we gaan met de Spaanse. Die is echter al binnen en bij de kaart controle lijkt het niemand te boeien of je met een gids bent. Dat verhaal met een verplichte gids is dus ook niet waar. Maar ja, je aansluiten bij een gids brengt natuurlijk weer extra geld in het laadje. Eenmaal binnen kun je al snel de beruchte foto nemen met Machu Picchu op de achtergrond. De uitzichten zijn best sick, een schitterende plek maar helaas volledig opgeslokt door het toerisme. In de groep waarmee ik was heeft 50% alles door de telefoon bekeken en tevens verschillende paringsrituelen met hun selfiestick gedaan. Daarnaast ging alles verrekes langzaam, waren er weer een aantal gasten kwijtgeraakt , ging de gids ze zoeken. Na een uur trok ik het niet meer en ben ik het laatste stuk zelf gaan verkennen. Daarna al vrij snel weer de berg afgedaald om vervolgens aan de 2,5 uur durende wandeling terug te beginnen. En dat was geen pretje want ik was al aardig gesloopt van de berg op en af klimmen. Heel toevallig loop ik onder aan de berg Simon tegen het lijf, konden we mooi samen terug lopen. Uiteindelijk Aguas Caliente redelijk verpoft bereikt, waarna we nog 7 uur terug moesten naar Cusco. En ohja die busjes reden gewoon op het aangegeven tijdstip, dus niet op dat ‘uurtje later van de gids’. Was je ook nog ff goed genaaid als je daar op had gerekend. Al met al een ervaring om niet snel te vergeten, al kwam dat niet door Machu Picchu zelf. Bij terugkomst vrijwel direct een tour geboekt naar het Amazone gebied. Eindelijk even die Andes uit. 4 dagen naar de jungle in het Manu national park. Een gebied waar niet veel toeristen komen en wat tevens een van de parken is met de hoogste biodiversiteit. Ik ga mee met een organisatie waarvan de familie nog steeds in de jungle woont. Zij hebben een eigen lodge en brengen je naar een deel van de jungle waar alleen zij komen. Ik ben erg enthousiast wanneer we van start gaan. Om 05:00 uur opgepikt om aan het avontuur te beginnen. De eerste dag bestaat voornamelijk uit reizen, met een tussenstop in een niet erg interessant dorpje. Onderweg stoppen we regelmatig om tropische vogels te spotten. We eindigen in een lodge waar we de eerste overnachting hebben. Dit is nog ver buiten het regenwoud. Tot zover nog weinig beleving. De tweede dag bezoeken we eerst een klein reservaat voor geredde dieren. Een paar aapjes, een luiaard en een tapir zijn hier onder andere onder gebracht. Allemaal leuk en aardig denk ik dan maar ik wil gvd dat regenwoud in. Na de lunch wisselen we het busje om voor een boot (that’s more like it) en vertrekken we naar het Machuwasi lake. Hier zien we wederom alleen wat vogels en een aapje. Ik begin me af te vragen of ik nog krokodillen en slangen te zien krijg. Die vogels boeien me niet zoveel. Dan opeens een oprisping; sporen van een jaguar, en een grote ook. Ik begin weer wat hoop te krijgen. We vervolgen onze weg per boot naar de tweede lodge, waar we overnachten. We zitten nu wat dieper in de jungle en s’nachts slaap ik met het geluid van talloze dieren op de achtergrond. Dag 3: dit moet de dag worden. We gaan nu naar de laatste lodge waar vanuit we het diepste punt van deze jungle tour gaan bereiken. We gaan in totaal 3x de jungle in die dag. In principe lopen we de achtertuin in van de familie. De begroeiing is erg dik en we zien veel tropische bomen en planten. Ik drink bamboe water en eet termieten. Ook verzamelen we paddenstoelen en vis om later die avond te bereiden. We zien een enorme holle boom en sporen van verschillende dieren. Maar het wildlife spotten blijft uit. Ik moet het doen met de enorme bullet ant, een mier van 3cm die je een hevige pijn bezorgt voor de komende 5 uur als ie je bijt. Ook nog wat grotere spinnen gezien en natuurlijk nog meer vogels (ik kan er geen zien meer nu). Ook hoorde we niet ver van ons vandaan een geluid dat vergelijkbaar is met dat van een koe. Onze gids verstijfde even en zei vervolgens dat dit het geluid van een jaguar was. Op dit moment dacht ik laat die Jaguar a.u.b. komen, ik moet wat zien; helaas zijn deze beesten erg schuw. Na de laatste nachtelijke wandeling kon ik concluderen dat ik naast wat vogels en een halve aap niet veel heb gezien van het wildlife. Soms maakte de gids grapjes als; “be carefull of the caiman” of “tonight we will eat snake” dan dacht ik; was het maar waar jongen, lag er hier ergens maar een gigantisch exemplaar. Maar helaas het is droogseizoen en de meeste dieren laten zich dan niet zien blijkbaar. Al vraag ik mij af of ik ze wel zie ik het regenseizoen. Achteraf beter in Bolivia de Amazone kunnen bezoeken. Buiten dit was alles erg goed geregeld. Ik heb erg goed gegeten en in mooie en primitieve locaties geslapen midden in de jungle. De familie heeft erg goed voor ons gezorgd. Helaas voel ik me toch een beetje als een junk die zijn shot niet heeft gekregen. Deze behoefte moet ik vroeg of laat nog een keer vervullen. Uiteindelijk is het een ervaring geweest die mij voor altijd zal bijblijven. Echt een prachtige plek waar ik dus nog eens terugkom. Dag 4 bestond uit een lange terugreis naar Cusco. Daar heb ik s’avonds nog even Chifa gegeten. Is zeg maar een Peruviaanse Chinees. Zeer goedkoop, volle borden en bovenal lekker. Denk dat ik nu al 20x ben geweest, begint een probleem te worden eigenlijk. Soms afgewisseld met een almuerzo (lunch) op de lokale markt of op straat. Iets van €1,5 is dat dan. Soms vreet ik mezelf echt volledig klem op zo’n dag. Ik ben ook een keer na de Chifa direct doorgelopen naar de Italiaan. Een ander extreem geval was Chifa, Burger King, Dunkin Donuts en MC Donalds op 1 avond. Heb geen flauw idee of ik überhaupt kilo’s aankom, en anders heb ik weer wat om aan te werken als ik thuis ben. Na een extra nachtje in Cusco reis ik naar Huacachina, een dorpje dat niet groter is dan mijn eigen wijk. Het wordt omgeven door hoge zandduinen. Om die reden is het populair om te gaan sandboarden of met een buggy rond te crossen. Ik ontmoet een Israeliër en we besluiten een middagje de duinen in te gaan. Een goed vermaak voor enkele uurtjes. Echter alles draait hierom en naast dit is er niets te doen. Er woont ook geen enkele local meer, alles opgeslokt door het toerisme. Deed me een beetje denken aan Aguas Caliente, wat tevens ook op een Disney dorpje lijkt met al die lichtjes. De volgende dag pak ik de bus naar de hoofdstad Lima. Lima is net als Buenos Aires een metropool, wat inhoudt dat het vele malen groter is dan een standaard stad. De taxi brengt me naar het centrum wat hier bekend staat als het meer onveilige deel van Lima. Normaal ben ik niet weg van een beetje avontuur, echter vanuit de taxi zie ik al een partij ongure types voorbij komen, waarop ik besluit om toch maar naar Miraflores te gaan. Dit is het high-society deel van de stad waar eigenlijk ook de meeste reizigers verblijven. Dit deel doet niet erg aan als Peru; grote kantoorpanden, fancy winkeltjes, keurig onderhoudende infrastructuur enzo. Ook gratis (werkende) WiFi in het park tegenover mijn hostel. Dit zie je zelfs in Nederland niet vaak. Nadeel is dat de prijzen ook hoger zijn in Miraflores. Ik probeer wekelijks ergens een sportschool te vinden, maar hier vragen ze rustig €15,- voor een dagje. Daarop besloten om iets creatiefs te proberen. Heb me een beetje als een snob gekleed en ben naar het meest luxueuze hotel van de stad gelopen; het Marriot hotel. Zij beschikken over een eigen health club. Bij binnenkomst een lulverhaal opgehangen dat ik in Lima ging studeren en mij aan het oriënteren ben op een nieuwe sportschool. De vriendelijke dame schoof mij een blaadje met de prijzen onder mijn neus, never nooit haalbaar voor mij natuurlijk maar ik dat liet ik niet merken. Prijzen waren inclusief trainer, voedingsschema en nog wat dingen. Na enkele schijnvragen gesteld te hebben vraag ik of het mogelijk is een dagje te testen. Na overleg met haar supervisor krijg ik groen licht. Vervolgens met een prachtig uitzicht over zee mijn ochtendsessie gedaan. Ik heb mijn sportshirt binnenstebuiten gedragen, zo was ‘Death road Bolivia’ niet zichtbaar. Just to make shure they didn’t see me as a tourist (or worse; a backpacker). Na het sporten kwam eigenlijk het beste deel; sauna, stoombad en luxe douches. Het is misschien niet iets heel speciaals maar dit was een van de beste gevoelens die ik de laatste maanden heb gehad. Niet dat gehannes met kleine douches met weinig of geen warm water, maar heerlijk alles op het gemekske. Heb heel PSV – fc goulash gemist daardoor (was uiteindelijk ook maar goed ook). Redelijk ‘zen’ dat hotel verlaten, ik mocht zelfs terugkomen die zelfde dag als ik wilde. Ik voelde me om die reden uiteindelijk ook een klein beetje schuldig haha. Die middag heb ik een hereniging met Suecia (Zweden) die toch heeft besloten Santa Cruz te verlaten en het reizen weer heeft opgepakt. Toch relax om weer wat tijd met deze gast door te brengen. Samen met ‘Argentina’ echt een goede tijd gehad in Bolivia. Voor mij is het nu tijd om mijn 7e(!) land in Zuid-Amerika aan te doen; Colombia! Louter goede verhalen gehoord over dit land, hopelijk gaat dit de kers op de taart worden. Om eerlijk te zijn kan ik niet wachten om het strand te zien en de warmte te voelen. Mijn vlucht is vandaag. I’m gonna enjoy it to the fullest!

4 Reacties

  1. Maurice:
    29 juli 2017
    Geweldig kerel!

    Leuk verslag, mooi om te lezen.
    Enjoy Colombia bro. Medellin.

    Het ga je goed,

    Groeten vanuit regenachtig NL.
    Juuw hoii
  2. Mama:
    29 juli 2017
    Wat Een prachtig verhaal Kees. Of dat we er zelf bij zijn. Geniet van je laatste weken. Xx
  3. Maik:
    29 juli 2017
    Geweldig om te lezen maat! Wat een avonturen. Meerdere malen hardop gelachen!

    Ps; Je zou iets moeten doen met je schrijftalent!
    Pps; ik verwacht wel dat je terugkomt als een onnoemelijke klerenkast.
  4. Ingrid Broos:
    29 juli 2017
    Ik geniet steeds erg van je verhalen. Je schrijft echt heel beeldend. Dat is echt wel van de brozen hoor. Geniet nog volop van de rest van je reis. Kus van mij!